Ik zou je zo graag willen strelen

Ik zou zo graag van de geur willen eten van jouw lijf, je hart wilen stelen, geen tederheid nog willen verhelen: ik zou je zo graag willen strelen. Ik zou zo graag de deur willen weten naar jouw lijf, mijn bed met je willen delen, al je denkbeeldige pijnen willen...

In de trein

Wild van verlangen en vervuld van vrees kijk ik naar je. Een hemd heb je geknoopt om je eikedopjes, nog ongedoopt: je borstjes, uit een rijksdeel overzees. Ze buitelen als parkieten om hun pees. Je hebt je korte truitje opgestroopt boven je broek waar je meer uit dan...

Indische oudje

Verboden herinneringen klinken door in hun stemmen. Hun handen gevouwen voor door ons vergeten goden, gehoorzamen zij gewillig aan oude geboden waarvan wij de geheime grond niet meer kennen. Ik de oude droefheid door hun oude ogen rennen, altijd verliefd blijvend,...

Liefdeslied

Aan de godin van de dichtkunst Godin, jij met je hart van bakkeliet, je huid verrimpeld en tot kurk verdord, je oogwit groen als schimmel op zure gort, je hoofd een op een staak gestoken biet, met vingers als verlepte staafjes frites, je slip tot aan je nek toe...

Liefdeslied – oorspronkelijke versie

Aan de godin van de dichtkunst Godin, jij met je voorhoofd en hart van bakkeliet, je beestachtige bochel, huid verrimpeld en verdord, met je oogwit en tanden als schimmel op zure gort, je hoofd een als ’n uitgeholde, op ’n staak gestoken biet, met je neus...

Ongetemd

Jouw schoonheid, jouw timide tederheid stemt mij tot angst. Het gebaar waarmee jij omslachtig je glas pakt, vreemd en koud en raadselachtig: nooit heeft schoonheid me zo beklemd. Jij wordt door geen trouw of moraal geremd, elk woord van jou is van wellust drachtig,...