Biografie

Jasper Mikkers is geboren op 3 juni 1948, in Oerle, gemeente Veldhoven. Hij kreeg vier doopnamen mee, behalve Jasper ook nog Jacobus Johannes Maria. Zijn vader werd op dezelfde dag 30 jaar oud. Zoontje Jasper was dus een verjaardagsgeschenk. Maar er wordt gefluisterd dat vader Mikkers met de geboortedatum gesjoemeld heeft. Jasper zou op 2 juni geboren zijn en pas op 3 juni aangegeven. Maar definitieve bevestiging van dit gerucht is nog niet verkregen.
De nieuw-geborene kreeg de roepnam Jac.. Deze naamgeving was een compromis. Peetoom Jac. van de Looij wilde dat de jongen zijn voornaam kreeg, maar de ouders wilde hem noemen naar zijn grootvader van vaders zijde, Jasper. Uiteindelijk werd afgesproken dat hij Jasper zou heten, de tweede naam Jacobus zou luiden en dat die tweede naam zijn roepnaam zou worden. Jac. dus.
In 1952 verhuisden zijn ouders van Oerle naar Liempde. Daar volgde hij de lagere school, en deed daarna een jaar MULO in Boxtel. In 1961 werd hij op het seminarie van de paters Kapucijnen in Oosterhout geplaatst. Hij bleef er tot 1968. Vijf dagen na zijn 20e verjaardag, op 8 juni, kreeg hij zijn gymnasium-diploma overhandigd. Bij die overhandiging zei de rector van het gymnasium dat hij bij het schrijven van het diploma had opgemerkt Jasper geen Jasper heette maar Jasper en dat dat een veel mooiere naam was. Waarom liet hij zich Jac. noemen? Jasper noemde zich vanaf dat moment Jasper: met het behalen van het gymnasiumdiploma en het verlaten van het voormalige seminarie was een nieuwe fase in zijn leven aangebroken, hij had zelfs gevoel dat op dat moment zijn leven pas echt begon. Daar hoorde een nieuwe naam bij. Jasper dus.
Van 1968 tot 1970 studeerde hij rechten aan de Katholieke Hogeschool Tilburg, de tegenwoordige UvT (Universiteit van Tilburg). Na het kandidaatsexamen schakelde hij over op de studie Nederlands aan de Katholieke Leergangen, leraren-opleiding, eveneens in Tilburg.
In 1972 slaagde hij voor het examen MO-A Nederlands (tweedegraads bevoegdheid leraar Nederlands) en begon de studie MO-B Nederlands (eerstegraads bevoegdheid). Maar het Ministerie van Onderwijs  liet weten dat hij niet in aanmerking kwam voor een studiebeurs. Reden: het nieuwe Mollerinstituut dat in Tilburg de Katholieke Leergangen verving, was van start gegaan en bestuur en ministerie waren vergeten een overgangsregeling te treffen. De studenten die dagopleiding MO-B deden, zaten van de ene dag op de andere zonder geld.
Omdat het onmogelijk was de studie, een dagstudie, te combineren met werken én met schrijven, besloot Jasper Mikkers met de studie te stoppen.
Hij had inmiddels inmiddels een aantal korte verhalen en gedichten gepubliceerd onder het pseudoniem Tymen Trolsky. In de jaren die volgden, schreef hij twee romans en vier dichtbundels, te weten Hyacintha en Pasceline (roman, 1974), Aliesje (roman, 1975), Liederen van weemoed, wanhoop en waanzin (gedichten, 1974; dubbele bundel), Indiase Liederen (gedichten, 1974), Zwarte Liederen (gedichten, 1976).

Met enige regelmaat maakte Jasper tochten in het buitenland. Hij reisde door Indonesië, Zuid-Amerika, Australië en Afrika. Tussendoor had hij allerlei baantjes zoals magazijnknecht, leraar Nederlands, bouwvakker, kantoorbediende, leerlooier, stenenbikker, bakkersjongen en fabrieksarbeider.
In1972 trouwde hij met Annemiek van Bakel en in 1979 werd hun dochter Lilian geboren.
In de jaren tachtig publiceerde Jasper nauwelijks. Hij schreef wel, maar het kwam niet tot een boekuitgave. Pas in 1990 zag weer nieuw werk van zijn hand het licht. Het werd niet onder pseudoniem maar onder eigen naam uitgegeven dit keer. Achtereenvolgens verschenen de reisroman De weg van de regen, de dichtbundel Wie is uiteindelijk, de verhalenbundel De kleine jongen en de rivier en De verdwijning, gedichten. In november 1996 gaf uitgeverij Hoenderbossche Verzen in Uden een bijzondere boek uit: Nagelaten gedichten van Tymen Trolsky. Eind 2000 kwam het lijvige vervolg op De kleine jongen en de rivier uit: Het einde van de eeuwigheid. Het pseudoniem Tymen Trolsky was, meende de auteur zelf, op een onvindbare plaats begraven, verroest en verweerd. Niks daarvan. Op een barre nacht spoedde Martin Ros die verbonden was aan Uitgeverij Aspekt en het op zich genomen had Het einde van de eeuwigheid het licht te doen zien, zich met een spa naar het kerkhof en spitte net zo lang tot hij het gevonden had. Hij poetste het op en gebruikte het opnieuw. Tymen Trolsky verrees als een feniks uit zijn as. 

Vanaf 2000 verschenen regelmatig nieuwe uitgaven: de romans De klimmer (2002) en Karl Marx Universiteit, roman over een revolutie (2009), de dichtbundels Eeuwigheid als ontbijt (2008), Een mildheid onbeschrijflijk (2012), We zijn al lang onderweg (2013), Gespiegelde stad (stadsgedichten, 2015), Nachtleven (met illustraties van Daisy Karthaus, 2018)

In 2005 gaf Stichting Breukvlak Ongetemd uit, een cd en een boek: 15 gedichten van Jasper Mikkers, op muziek gezet en gezongen.

Er waren tijden dat Jasper alleen van de pen leefde, maar meestal combineerde hij het schrijven met andere werkzaamheden. Hij beoefende diverse genres: poëzie, romans, korte verhalen, columns, artikelen . Zeven jaar lang ook werkte als freelance redacteur voor Omroep Brabant TV, voor het programma De Wandeling. En al meer dan tien jaar was hij redactielid en presentator van het Cultureel Café Tilburg.

Meer over de levensloop van Jasper