Uit: ‘De Klimmer’

Er hing een zich oplossende mist. In de schaduw van struiken op de berm schitterden kleine ijskristallen. Ze waren een uur onderweg en voordat ze aan de klim begonnen, moesten ze nog vijfentwintig kilometer rijden. De eerste kilometers was de stemming niet best...

Fabel

Met de rode spikkels van de geroofde kersen nog om zijn bek wroette hij zich boven de grond. ‘Haha’. Als een reuzeluis véérde hij uit de zwarte aarde omhoog en zette het op een lopen onderwijl ja onderwijl krukken fabricerend uit zwart, vermolmd...

Toen

Toen Toen?toen riep ik als gek geworden: Waarom? Waarom? Omdat, omdat, omdat dat ene aardvarken, dat ene aardvarken vloekte…?!