De taal verandert (4) – Woke of niet-woke, that’s the question

In de weken voor de verschijning van mijn roman Het einde van de eeuwigheid plaats ik elke dag een stukje over de totstandkoming ervan. Dit is het twaalfde stukje.

12.

De taal verandert (4) – Woke of niet-woke, that’s the question

De tweede reactie die ik kreeg op mijn vraag of het n-woord gebruikt kon worden, kwam van neerlandicus Jan. Hij is een van mijn ‘redacteuren’, heeft het manuscript van mijn roman gecontroleerd op spelfouten en andere onvolkomenheden. Zijn antwoord luidde als volgt.

‘Had ik deze mail nou beantwoord?
In ieder geval: ik ben er een zeer groot voorstander van dat de negativiteit die er geplakt wordt op woorden als neger en negerin gerelativeerd wordt. Wij hebben die woorden met de paplepel gevoerd gekregen zonder enige negatieve connotatie. Gaat men mijn vocabulaire nu ver’woke’n en mij verbieden die (mijn/onze) woorden te gebruiken zoals ik ze altijd gebruikt heb? Daar word ik zo ongesteld van (ook al zo’n besmet/ geclaimd woord). Ik ga een cursus geven over Bruegel met als ondertitel: het masker afgetrokken. Tja…
Hartelijke groeten,
Jan’

Ik bleef twijfelen. Ik las de lijst met passages waarin ik het woorddeel ‘neger-’ vervangen had door ‘zwarte’ nog een keer door.

‘Régie had een bruine huid, was tamelijk klein en zijn zwarte haar glansde. Zijn bruine gezicht en handen brachten Henri in de war. Régie was geen zwart jongetje. Zoveel was duidelijk. Maar wat dan? Hij zou het hem vragen.’

‘Het verheugende, opwindende gevoel beheerste hem dat hij eindelijk iemand had gevonden die op Kofi of Kobina leek, de zwarte jongens uit Kobina en het geheim genootschap, zijn lievelingsboek.’

‘Zwarte jongens uit Afrika! Kofi en Kobina! Dat waren de namen die Henri meteen te binnen schoten, de namen van twee zwarte jongetjes die een hoofdrol speelden in zijn lievelingsboeken van de lagere school.’

Enzovoorts, tot de laatste passage waarin het n-woord oorspronkelijk voorkwam: ‘Misschien ook deden naakte zwarte vrouwen je ernaar verlangen missionaris te worden. Versterkten ze een roeping.’

Ik wist zeker dat in de eerste passage het oorspronkelijke woord ‘negerjongetje’ beslist niet door ‘zwart jongetje’ vervangen kon worden. ‘Zwart jongetje’ was hier te onbepaald, was betekenisloos. Gold dat niet ook voor de andere passages?
Ik kreeg de drukproef gemaild en nam die door.
Daarna las ik de lijst met passages nog een keer door. En gaf opdracht alle passages terug te veranderen. ‘Zwart’ moest weer ‘neger-’ worden.